Curicó Valley ligt meer dan 200 kilometer ten zuiden van de hoofdstad Santiago en heeft ruim 17.000 hectare wijngaarden. De druivensoort Cabernet Sauvignon is hier het meest aangeplant, gevolgd door de soorten Sauvignon Blanc, Merlot en Chardonnay. Het gebied is te verdelen in twee subregio's: het noordelijke gedeelte en het zuidelijk gedeelte. Beide regio's zijn gelegen aan een rivier, die gebruikt worden voor irrigatie.
Het gebied is koeler in vergelijking met de noorderburen Cochagua en Maipo. Niet verwonderlijk dus dat Sauvignon Blanc het hier goed doet. De bodem is alluviaal van karakter, hetgeen extra aandacht van de wijngaardeniers vergt. De grond in de vallei van is zwart en zwaar. Naarmate je dichter naar de kust gaat, wordt de grond zanderiger en armer. Goede Sauvignon Blanc komt ook uit de subregio Lontué. Curicó Valley had een reputatie van solide en betrouwbare wijnen, maar nu richt het gebied zich op kwaliteitswijnen.